Deze wandeling laat je kennismaken met mooie maar ruwe Val d'Escreins. De route volgt de oevers van de Rif-Bel tot aan de bron genaamd Font Sancte aan de voet van de Pics Font Sancte. Deze twee toppen van respectievelijk 3385 en 3371 meter danken hun naam aan de legende van de bron. Een jonge herderin leidde haar geiten in de Val d'Escreins waar het beste gras te vinden was op de hoogst gelegen weiden. De herderin zag echter nergens water en wou de vallei terug verlaten maar één witte geit was niet geneigd om terug te keren. Na valavond volgde zij de geit en het wonder voltrok zich, de waterbron van Font Sancte werd 'geboren'.

Deze wandelroute heeft twee gezichten, het eerste gedeelte gaat naar het prachtige gletsjermeer Lac Sainte-Anne en de gelijknamige kapel aan de voet van de imposante Font Sancte (3385 meter). Het tweede gedeelte naar de Col Girardin op 2699 meter is dan weer iets moeilijker, zeker bij nat weer kan het rotsachtige pad zeer glad zijn, maar eens op de Col wordt je beloont met een prachtig uitzicht.

We verwaarlozen voor een dag de bedwelmende geuren van hars en humus vrijgegeven door de verschillende soorten dennen omdat dit deel van de Queyras al grenst aan de dorre bergen van Briançon. Rondom Clapeyto en Collet staan nog wat bomen maar algauw komen we in een wereld van gras waar in de lente miljoenen bloemen de vlaktes sieren. Van de Col de Néal gaat het richting Chalets de Clapeyto, onderweg kom je verschillende meren tegen, aan de linkerzijde van het pad ligt het Lac de Néal, en rechts passeren we de Lacs Marion, Lac de Favière en de Lacs du Cogour.

Deze wandelroute is de klassieker in de Queyras en waarschijnlijk zal je dan ook niet alleen zijn tijdens het seizoen. Als je het kruis op de top van Pain de Sucre, op een hoogte van 3208 meter, bereikt dan wordt je beloont voor de inspanning want het panorama is echt adembenemend. Je hebt zicht op de Monte Viso, de Alpes-Maritimes, de bergen van L'Oisans en La Vanoise en bij helder weer zelfs op de Mont Blanc.

Om een top van boven de 3000 meter te bereiken moet je heel vaak een grotere inspanning leveren dan deze route naar de Pic de Caramantran op een hoogte van 3025 meter. Vanop de Col de Chamoussière heb je al een mooi zicht op de vallei l'Aigue Agnelle en de weg naar de bekende Col d'Agnel. Aan de andere zijde heb je zicht op de vallei l'Aigue Blanche met in de verte de bekende Chapelle de Clausis in Saint-Véran. Van de Col de Chamoussière gaat het in de richting van de Pic de Caramantran waar je echt tijd moet uittrekken om je ogen de kost te geven. Je ziet aan de Italiaanse zijde de vallei van Varaïta met de Monte Viso (3841 m) als dominante berg naast de Pic d'Asti (3220 m).

Het eerste deel van deze route gaat over het traject van de GR58 naar het pittoreske Lac de Souliers met op de achtergrond de Pic de Rochebrune (3320m). Het tweede gedeelte van de wandelroute is van een andere orde, je neemt het pad dat in noord-oostelijke richting gaat van het meer naar de Pic Ouest op 2817 meter. Je hebt hier een prachtig panorama op de Casse Déserte met op de achtergrond de Ecrins. De bekende col d'Izoard ligt als het ware aan je voeten. Aan de andere zijde zie je ver onder je het Lac de Souliers liggen en heb je zicht op de Queyras.

De wandelroute vertrekt aan Le Queyron en gaat even door het bos maar algauw kom je op een panoramapad dat hoog boven de vallei van de Guil loopt en dat een mooi zicht biedt op Escoyères en op de Chapelle Sainte-Marie Madeleine. Je volgt de GR 58 verder naar de Col de la Lauze, dit is wel even pittig klimmen maar gelukkig zijn er verschillende haarspeldbochtjes die je wat helpen. Na de Col bereik je de weiden van Furfande en gaat het via een vrij vlak pad naar de Refuge de Furfande. Nadat je op het terras genoten hebt van een hapje of een drankje keer je via dezelfde weg terug naar het vertrekpunt.